Programma van toetsing en afsluiting (PTA)
In de bovenbouw wordt er gewerkt met een programma van toetsing en afsluiting (PTA). Concreet houdt dit in dat er voor de (voor-) examenjaren is vastgelegd hoeveel toetsen je krijgt, waar die toetsen over gaan, hoe ze worden afgenomen en hoe zwaar ze meetellen. Per vak en niveau staat dit voor je schoolexamens uitgewerkt.
Het gemiddelde van alle behaalde cijfers is je schoolexamencijfer. Voor de meeste vakken vormt dit 50% van je eindcijfer; de andere 50% wordt gevormd door het Centraal (Schriftelijk) Examen (CSE). Voor vakken waar geen CSE voor is (bijvoorbeeld het vak CKV of het vak NLT), is dat zelfs 100%.
Het is dus van belang dat je goed weet wat je moet doen en leren. Zo kun je zo hoog mogelijke cijfers halen en je zo goed mogelijk voorbereiden op je vervolgstudie. Vandaar dat je alles overzichtelijk bij elkaar hebt in je PTA.